Arend Palland: ‘Beloof niet teveel maar wees bescheiden’
Interview door Ria Pool Meeuwsen (bron: RTV Hattem)
Vandaag praat ik met Arend Palland van de ChristenUnie over goed bestuur en werkgeverschap. Over het contact met de Hattemers, maar ook over eigen bubbels en het duister van polarisatie. Over wat ‘geloof, hoop en liefde’ betekent voor zijn wijze van politiek bedrijven.
Aanleiding is het rapport Adviezen werkgroep werkwijze raad. Afgelopen week sprak RTV Hattem al met Gina Guldenaar van HattemCentraal, Erwin Kwakkel van D66, Teun Juk van het CDA, André Borst van Lijst Borst en Jaap van Tiel van PvdA/GroenLinks.
“We gaan voor een goede gemeentelijke organisatie”, staat op uw website. Helpt het rapport en de aanloop daar naar toe om dit doel te verwezenlijken?
‘Wij als gemeenteraad, en dus als Hattem, zijn ‘werkgever’ van de mensen die het werk daadwerkelijk moeten doen, de ambtenaren. Het is belangrijk dat je daarbij richting geeft, kaders, en dat er middelen zijn om het werk te kunnen doen.
Dit rapport kan ons helpen om die duidelijkheid te geven aan de mensen die voor Hattem werken en aan de inwoners. Het helpt onszelf om goede beslissingen te nemen voor de stad.
In de afgelopen tijd hebben we ons als raad ingezet op goed werkgeverschap. Dat er voldoende eigen mensen zijn, dat we niet teveel afhankelijk zijn van externen. We willen mensen zekerheid bieden voor de toekomst, dat ze een plek hebben om te werken. De arbeidsmarkt is competitief. Goede mensen aan je stad weten te binden, is niet vanzelfsprekend.’
Hebben jullie vruchten geplukt van de banenmarkt?
‘Het echte effect gaan we nog ervaren, daarvoor is het nog te vroeg. Goed werkgeverschap en goede mensen aan je binden, blijft een punt van aandacht. 25 Jaar voor dezelfde baas werken is niet meer zo vanzelfsprekend. Daar moet je als gemeente op anticiperen.’
De gemeenteraad is geen werkgever. De gemeenteraad is het hoogste orgaan in een gemeente en zet de politieke lijnen uitzet. De gemeentesecretaris is de hoogste ambtenaar en belast met de leiding van de ambtelijke organisatie.
U zegt “wij zijn werkgever van de ambtenaren”. Hoe bedoelt u dat precies?
Als raad zijn wij inderdaad het hoogste orgaan van een gemeente waar mensen werken. Hoe zorgen we als raad, als Hattem, dat de gemeente een goede werkgever is voor mensen.’
Landelijk speelde er de discussie in hoeverre de politiek leidend is en de ambtenaar de politiek heeft te volgen…
‘Landelijk was er een activistisch geluid. Dat komt het vertrouwen in de overheid niet ten goede. Immers, het wordt dan onduidelijk wie er aan het roer zit.’
Waar de activistische ambtenaren op wijzen is, dat de wet niet overtreden mag worden. Vanuit hun ambtseed hebben ze hiervoor te gaan staan. Zegt u, je moet toch volgen omdat het roer gevolgd moet worden, terwijl ze zien dat de wet overtreden wordt?
‘Iedereen moet zich natuurlijk aan de wet houden, maar het gaat hier niet om evidente overtredingen maar meningsverschillen. In die gevallen is de vraag of de wet overtreden wordt is uiteindelijk aan een rechter. Zo heeft ieder zijn rol in de rechtstaat.’
‘Het gaat om rolvastheid. Kijkend naar de afgelopen jaren is de politiek te veel bezig geweest met de uitvoering. Kijk naar de Toeslagenaffaire. Er waren meerdere oorzaken, maar een ervan was dat men teveel op uitvoering zat. Ook in Hattem moeten we waken niet op de stoel van de ambtenaar te gaan zitten. Het rapport biedt daarvoor aanknopingspunten om rolvast te zijn. Voor rolvast-zijn is het vertrouwen nodig dat de ander zijn taak goed uitvoert.’
Ieder zijn rol
‘Wij als raad moeten op het juiste niveau richting geven en durven loslaten om uiteindelijk de ambtenaren hun werk te laten doen. Als raad heb je een controlerende rol. Geef de ander de ruimte in zijn eigen rol.’
U noemt ‘vertrouwen in de overheid en in de politiek’, zaken die onder druk staan.
‘De schijnwerpers staan tegenwoordig op de flanken. Het is de kunst om in het redelijke midden te blijven. Het is makkelijker om tegenover elkaar te staan en moeilijker om bruggen te bouwen en te leren van elkaars zienswijze. Als fracties in de raad hebben allemaal het beste voor met Hattem.
Het rapport zegt niet dat de meeste stemmen gelden, maar álle stemmen gelden. Als je goed luistert kun je krachtiger worden dan dat je het alleen doet.
Ik put uit Bijbelse principes: hoe je zelf behandeld wil worden, behandel je ook een ander. Luisteren, openstaan…’
Ook in uw partijprogramma staat: “Iedere Hattemer die wil, moet kunnen meepraten over belangrijke beslissingen.”
‘Binnen mijn werk maken we gebruik van de Deep Democracy methode (hoe krijg je iedereen op één lijn als er verschillende meningen en diversiteit zijn?). Dat kunnen we goed gebruiken in de raad. Het gaat niet alleen de stem van de meerderheid maar ook om die van de minderheid. Dat zie ik als een uitdaging.’
De toekomstige generatie
‘Het gaat niet alleen over de mensen van nu, maar ook de mensen die hierna komen. We hebben een mooie stad gekregen van onze (voor)ouders en het is onze taak om de stad mooi door te geven. Vaak gaat het om het hier en nu, maar hoe wegen we de belangen van de generatie na ons? Laten we een lege stoel in de raadzaal zetten als symbool daarvoor.’
Tijdens het afgelopen jaar heb ik er weinig van gemerkt dat politieke partijen in gesprek waren met inwoners. Heb ik iets gemist?
‘Het gaat met vallen en opstaan. Op best wel veel onderwerpen zijn we in gesprek geweest met de bewoners. Bijvoorbeeld tijdens de gesprekken over tijdelijke huisvesting. We waren op verschillende plekken in gesprek om elkaar te horen. Het ging lang niet in alle gevallen goed. Van die ervaringen moeten we leren.’
Liften jullie mee op wat B&W doet of organiseren jullie zelf ook activiteiten?
‘Achter de schermen heeft de ChristenUnie Hattem reflectiegroepen, bijvoorbeeld op het thema wonen. We praten met een doorsnee van de samenleving en je probeert op te halen wat er speelt. Iedereen is welkom.
Op 26 september organiseert de ChristenUnie we een avond voor mensen die politiek gezien iets willen betekenen, we noemen dat een Proeflokaal, en kort daarna is er de reflectieavond gemeentefinanciën op 2 oktober.’
‘In de raad proberen we B&W scherp te houden hoe zij in contact blijven. Communicatie is echt belangrijk. Je hoeft maar een woord verkeerd te gebruiken of de goed intentie om in gesprek te zijn sterft in schoonheid.’
“We willen besluiten nemen die uit te leggen zijn. Ook – en misschien wel, juist – als het gaat om pijnlijke of moeilijke besluiten, waarbij er naast voordelen ook nadelen aan besluiten kleven. Maar met openheid over de afwegingen die we daarin maken, hopen we de Hattemer dichtbij en betrokken te houden”, aldus het programma van de Hattemse ChristenUnie.
Het Sociaal Cultureel Planbureau schreef 3 september in haar notitie Burgerperspectieven: “Bij veel mensen leeft het idee van een eensgezind volk, waarbij ze onze onderlinge verschillen, pluriformiteit over het hoofd zien. Deze mensen gaan er mogelijk van uit dat als de politiek zijn gezonde verstand gebruikt, ze als vanzelf die eensgezinde meerderheid volgen en daarmee meer luisteren naar ‘mensen zoals zij”.
U vertegenwoordigt kiezers, u heeft ze iets beloofd en wil daar trouw aan zijn, en u hebt ook het algemeen belang in de gaten te houden, wat niet gelijk staat aan het meerderheidsbelang.
Binnen het algemeen belang moet ook oog zijn voor de belangen van minderheden. Hoe blijft u overeind in die spagaat?
‘De ChristenUnie is vanouds een partij die oog heeft voor het belang van minderheden. (We zijn landelijk gezien zelf een kleine minderheid.) Hoe zorg je voor mensen die niet van nature een stem hebben en toch gehoord willen worden. Dat proberen we in ons handelen zichtbaar te maken door het algemeen belang en de toekomstige generatie niet uit het oog te verliezen.’
Hokjesgeest
‘Het is de kunst om onze bubbel te doorbreken. Afgelopen tijd is het landelijk veel gegaan over tegenstellingen als randstad-regio, theoretisch-praktisch opgeleid, in Hattem was het coalitie versus de oppositie…, we moeten van die hokjesgeest af. Ik merk bij alle partijen in de raad de intentie om over die grenzen heen te kijken. Over belemmeringen heenstappen en proberen elkaar te begrijpen. Bij doorvragen hoor je de zorgen van anderen die vaak niet ver af liggen van je eigen zorgen.’
‘Als christelijke politicus wil ik een toekomst van hoop bieden. Als we ons verzamelen rond als crisis- en tsunami-gedachtes, blijven we in het duister hangen. Ik hoop dat we niet naar de donkere kanten blijven kijken, maar ook oplossingen zoeken, elkaar de hand te reiken. Dit is een uitdaging in Hattem en in de gemeenteraad, maar waar je ook werkt, het is overal de vraag: wat drijft de ander, mijn collega’s, mijn buren?
Het is makkelijke om in de eigen bubbel van eigen overtuiging te blijven hangen. Af en toe jezelf pijn doen om vanuit een ander perspectief te kijken, is moeilijk maar het verrijkt wel.’
‘ChristenUnie wordt wel eens teruggebracht naar begrippen als zondagsrust en abortus. Maar het is breder. Vanuit bijbels perspectief werken we aan vragen als hoe zorg je voor zieken, voor de mensen die niet mee kunnen meedoen? Hoe houd je oog voor hen.’
Bevoorrecht
Het woord ‘hoop’ viel. De ChistenUnie opent haar website met een bijbeltekst uit het bijbelboek Korinthe: “En nu blijven geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is liefde”.
Hoe is geloof in uw werk als politicus aanwezig?
‘Geloof is enerzijds het idee dat God de wereld in zijn hand heeft, dat hij een plan met mij heeft en met Hattem heeft. Dat plan hangt het niet van mij af. Dat vind ik een geruststellende gedachte en het geeft tegelijkertijd een opdracht: ik moet mijn beste beentje voor zetten. Het is een gewichtige opdracht om er wat van te maken.
Mijn persoonlijke gedachten over geloof zijn verweven in mijn politiek.’
‘Ik weet natuurlijk niet wat Gods plan is, maar in de bijbel lees ik dat Jezus niet kwam voor aardse macht, maar om wat zwak is te versterken. Dus dat is voor mij ook een roeping in Hattem. Ten aanzien van Gods plan draait het vooral om de afhankelijkheid. Dat we beseffen dat we leven dankzij de zuurstof in de lucht. We komen tot bloei wanneer we als goede rentmeesters zorgen voor wat God geeft. Daarin zijn we geplaatst in verhouding tot elkaar. In Hattem moeten we het samen doen. Hattem en Hattemers komen tot bloei in ons samenleven.’
Liefde
‘In de raad hebben we belangrijke, maar ook een begrensde taak heeft. De liefde tot onze naaste kan natuurlijk niet met overheidsmacht worden afgedwongen. Maar liefde is ook een woord wat we vaak alleen maar betrekken op een relatie met je levenspartner en gezin. We mogen meer over die schroom heenstappen. Ik heb liefde voor Hattem, voor mensen…. Het is de liefde die ons drijft. Dit mogen we best meer tonen.
Liefde gaat over hart voor Hattem hebben. Het is iets waar mijn harteklop zit.’
‘We hebben het hier goed. Veel mensen voelen zich aangetrokken door de flanken omdat er een crisisgevoel heerst. Je kunt je afvragen of we in een crisis leven. Natuurlijk zijn er grote uitdagingen, maar we zitten ook in een hele bevoorrechte positie.’
Social media is af en toe een riool, met niet alleen kritiek, maar ook een plek waar gescholden wordt, waar bijna altijd negatief wordt gereageerd vanuit minachting. Hoe blijft u overeind?
‘Ik kijk er zo min mogelijk naar, maar af en toe heb je het nodig. Het is een podium waar je soms op moet klimmen, maar het is bizar wat mensen daarop zetten. Het is bovendien zorgelijk, omdat het heel polariserend werkt. De politiek en de media hebben hier een rol in door niet altijd het extreme op te zoeken en om meerdere perspectieven te blijven belichten. Dat mis ik wel eens en in die zin is het wel een zorgelijke tijd waarin we leven.’
De zomer is voor mij een oud en nieuw moment. Even me terugtrekken, afstand nemen en reflecteren. Hoe kijkt u na de zomerse break naar het nieuwe politieke jaar?
‘Voor de vakantie al hebben we als ChristenUnie in Hattem besloten om verder te gaan met die reflectiemomenten, zodat we kunnen ophalen wat breed leeft, maar ook willen we mensen enthousiast maken om bij ons aan te haken.
Verder wil ik de zorg voor de zwakkere in de samenleving overeind houden in tijden dat we het financieel minder breed hebben.’
Focus
‘Moet ik het concreter maken? Op werkbezoek gaan bij onderwijsinstellingen en de zorginstellingen wat we in het verleden gedaan hebben en dit jaar weer gaan doen. Het vraagt wel focus. Het is heel makkelijk om je van vergadering naar vergadering te laten leiden. We besteden als fractie veel tijd aan inhoud. Het vraagt focus om voelsprieten te houden voor wat er buiten gebeurt.’
‘Er zijn vast mensen die we over het hoofd zien. Sommige groepen zijn moeilijk te bereiken. Een tijdje terug was er een onderzoek naar eenzaamheid. Ook in Hattem is er een grote eenzaamheid. Het is heel moeilijk om echt met deze mensen in gesprek te komen. Mensen steken niet zo snel hun hand op: ik ben eenzaam…
Er zijn meer mensen die we niet spreken, dan wel. Om te denken dat je met de huidige werkwijze van een inloopavond op het stadhuis er bent… je bereikt ze niet. Dat is een illusie. Maar hoe kun je die groep wel bereiken? Er is werk aan de winkel. Want het is een grote groep die zich niet door de politiek gehoord voelt…’
‘Als politiek moeten we ons best blijven doen om iedereen te horen en te zien. Maar uiteindelijk vooral ook beoordeeld worden op haar daden. Ik denk dat je verschil maakt door het politieke handwerk. Het vertrouwen winnen we alleen terug door onze rol bescheiden in te vullen door goed bestuur. Wat je allemaal in verkiezingstijd voorbij ziet komen aan beloftes…. Beloof niet teveel, maar wees bescheiden.’
‘Het verschil wordt uiteindelijk in de samenleving gemaakt door mensen, niet door de politiek.’